De Hoge Commissaris inzake Nationale Minderheden (HCNM) staat aan het hoofd van een in 1992 door de Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking in Europe (OVSE) opgericht instituut. De taak van de Hoge Commissaris is het zo vroeg mogelijk signaleren van etnische spanningen die de vrede, stabiliteit of de vriendschappelijke betrekkingen binnen en tussen de OVSE-landen in gevaar kunnen brengen.
De eerste Hoge Commissaris was de Nederlandse Minister van Staat Max van der Stoel. De huidige vijfde Commissaris is de Italiaan Lamberto Zannier.
In het mandaat van de HCNM wordt de Hoge Commissaris gekarakteriseerd als een instrument ter voorkoming van conflicten dat voor ‘early warning’ en zo nodig voor ‘early action’ moet zorgen bij spanningen waarin nationale minderheden een rol spelen. Hiertoe heeft de Hoge Commissaris een mandaat om met betrokken partijen in contact te treden zonder tussenkomst van de lidstaten en het vinden van oplossingen door middel van stille diplomatie. Dit gebeurt in een zo vroeg mogelijk stadium. Als zodanig heeft de Hoge Commissaris een dubbele functie: het beperken en de-escaleren van spanningen, en daarnaast het waarschuwen van de OVSE als geheel wanneer spanningen zich dreigen te ontwikkelen tot een conflict. Daarnaast kijkt de Hoge Commissaris nadrukkelijk ook naar conflictpreventie in de OVSE regio op de lange termijn, en adviseert hij overheden hoe cohesie te bevorderen binnen diverse samenlevingen.
Programma
Sessie een (NL) | 11:00 – 12:00 |
Sessie twee (NL) | 12:15 – 13:15 |
Sessie drie (EN) | 13:30 – 14:30 |
De presentatie’s beginnen om 11.00 uur, 12.15 uur en 13.30 uur en duren ongeveer 1 uur met ruimte voor Q&A. De voertaal is Nederlands [Sessie’s 1 & 2] en Engels [Sessie 3]
Bezoekers maken kennis met het bureau van de Hoge Commissaris inzake Nationale Minderheden (HCNM). Er is een maximum aantal van vijfentwintig personen per sessie.
Registreer nu!Adres
Hoge Commissaris inzake Nationale Minderheden van de OSCE
Prinsessegracht 22
2514 AP Den Haag
www.osce.org/hcnm
Banner foto door: OSCE/Foto Fischer